Door Jerzy Soetekouw op 5 september 2017

Jongeren en de PvdA: waarom ook niet?

Waarom kies je als jongere met linkse ideeën en politieke ambities voor de PvdA en niet voor GroenLinks? Wat heeft de partij je te bieden en hoe vind je je plek tussen al die vijftigplussers die fracties en afdelingen bevolken?

Eindredacteur van Lokaal Bestuur, Jan Erik Keman, ging in Utrecht om tafel met Jerzy Soetekouw (fractievoorzitter Almere), Yusuf Celik (fractievoorzitter Tilburg), Rik Dekker (fractievoorzitter Lopik), Dominique de Haas (Statenlid Groningen), Paul Medema (raadslid Hollands Kroon), Marinka Mulder (fractievoorzitter Culemborg), Maarten van der Laan (raadslid Groningen), Kenneth Stam (algemeen bestuurslid Tilburg) en Naomi Woltring (medewerker scholing CLB).

Wie kijkt naar de landelijke verkiezingsuitslag kan er niet omheen: nog meer dan andere groepen hebben de jongeren de PvdA de rug toegekeerd. Jan Erik vraagt zich af waarom de aanwezigen wel voor de PvdA kiezen. Dominique twijfelt geen moment. ‘Gelijke kansen voor iedereen. Dat je als het even niet lukt een tweede kans krijgt, en dat je ook bij een derde of vier keer niet buitenspel komt te staan. En vooral dat je oog hebt voor de wereld om je heen. Je bent en staat niet alleen.’

‘Nee, ik vind niet dat je daarvoor ook bij GroenLinks terecht kan,’ zegt Maarten. ‘We hadden onlangs naar aanleiding van het rapport van de Onderwijsinspectie een debat in de raad. Volgens de inspectie zijn we in Nederland kampioen kansenongelijkheid. Behoorlijk ernstig als je het mij vraagt. Maar niet volgens de fractie van GroenLinks. Hun betoog kwam erop neer dat ze het wel prima vonden zo. Met de kansenongelijkheid in Groningen was maar weinig mis. Toen besefte ik wel, wat voor niche partij het eigenlijk is. Als PvdA zijn we veel meer dan dat.’

De A van arbeid is ingeruild voor de o van overheid

Dat is toch vooral theorie, zegt Jan Erik. Met een PvdA-minister op onderwijs is de ongelijkheid alleen maar toegenomen. ‘Nu ga je wel heel kort door de bocht,’ antwoordt Marinka. ‘Ik ben heel trots op het feit, dat wij in 2012 samen met die “rotte” mensen van de VVD verantwoordelijkheid hebben genomen. Daarvoor hebben we wel concessies moeten doen. Jet Bussemaker vindt net als wij dat ongelijke kansen onbestaanbaar zijn. Alleen stonden niet de emancipatie en gelijke kansen centraal, maar de haalbaarheid van het compromis met de VVD. Daarnaast zijn we de afgelopen tijd teveel de Partij van de Overheid geworden. Via regelgeving de wereld proberen te verbeteren, terwijl burgers helemaal geen vertrouwen meer hebben in de overheid. Niet heel gek, aangezien er tegelijkertijd sprake is van geïnstitutionaliseerd wantrouwen richting de burgers. Je uitkering wordt meteen gekort als je een formulier verkeerd invult.’

‘Als je Jet Bussemaker en de andere PvdA-bewindslieden één zaak kwalijk kan nemen, is het die bestuurlijke en genuanceerde benadering,’ vindt Yusuf. ‘Ze slagen er niet in hun keuzes langs de meetlat van onze waarden te leggen. Gewoon in twee of drie zinnen uitleggen waarom je maatregel in het PvdA-verhaal past. Daardoor verlies je de verbinding met mensen, die hinder ondervinden van het systeem en een halfbakken compromis met de VVD zien als een 100% PvdA-maatregel. Juist in de vertaling van het hoe en het waarom hebben we behoorlijke steken laten vallen.’

Missie voltooid

‘Een andere denkfout, die je vaak binnen en buiten de partij hoort, is dat de taak van de sociaaldemocratie erop zit,’ zegt Jerzy. ‘Daar ben ik het dus echt pertinent mee oneens. Juist nu is ons verhaal belangrijk. Het maakt steeds meer uit in welk nest je geboren wordt. Je afkomst is nog altijd tot op zekere hoogte bepalend voor je toekomst. Misschien niet zoals in de tijd van mijn vader, die opgegroeide in de Amsterdamse Staatsliedenbuurt en als vanzelfsprekend naar de mulo ging. Voor hem was het haast onmogelijk om sociaal te stijgen. Alleen door zijn doorzettingsvermogen slaagde hij als eerste van zes generaties Soetekouw erin om naar de universiteit te gaan. In deze tijd had mijn vader het makkelijker gehad.

Ik heb het over een andere vorm van ongelijkheid. Wanneer ik kijk naar de Bijlmer, waar ik opgegroeide, zie ik nog altijd kinderen die elke dag patat eten, in de winter onderkoeld naar school moeten doordat ze geen winterjas hebben en nog nooit van binnen een museum hebben gezien. Kinderen die bovendien achterblijven bij andere Amsterdamse leerlingen, omdat hun ouders geen geld hebben voor de huiswerkbegeleiding. Dat is ongelijkheid in een nieuwe variant. Zolang die nog bestaat, moet je bij mij niet aankomen met het verhaal, dat onze taak volbracht is.’

In Tilburg kunnen ze dat beamen, zegt Yusuf. ‘We zitten nu drie jaar in de oppositie en beginnen nu te merken wat de effecten van een stadsbestuur zonder de PvdA zijn. Op de arbeidsmarkt heeft het college er bijvoorbeeld voor gekozen om werklozen maar eenmaal per jaar te zien. Dan kijken ze of je kansrijk bent of niet. Als je dat niet bent krijg je te horen, dat je over een jaar terug mag komen. Onbegrijpelijk vind ik dat. Mensen, die het op eigen kracht niet redden, zomaar aan hun lot overlaten. Terwijl je met een klein beetje ondersteuning en doelgroepbenadering al zoveel meer uit mensen kan halen. En dan hebben we nog een links college, hè.’

(On)zichtbaarheid

Leuk en aardig, vindt Jan Erik. Maar hoe maak je dat zichtbaar? De gemiddelde inwoner van Tilburg weet echt niet dat de PvdA in de oppositie zit en ander beleid wil. ‘Nu nog niet, nee,’ beaamt Yusuf. ‘Maar dat duurt niet lang meer. Vergaderen doen we niet in het stadhuis, maar midden in de armste wijk van Brabant. En dat niet alleen: we gaan ook in tweetallen de wijk in. Op die manier proberen we de politiek weer voor de inwoners relevant te maken. Laten zien wat en waarom we dat doen en hoe we de buurtbewoners kunnen helpen. Op die manier proberen we de verbinding, die we de afgelopen jaren zijn verloren, weer te terug te krijgen.’

In Almere heeft de fractie het aantal fractievergadering gehalveerd, zegt Jerzy. De tijd die eerst verloren ging aan vergaderen brengen ze nu op straat door. ‘Ik denk dat een activistische houding jongeren aanspreekt. Maar hoe kunnen wij geloofwaardig de barricaden op als we constant blijven uitleggen waarom we compromissen hebben gesloten? We moeten ook gewoon afstand durven nemen van ons verleden.’ Daar is wel een minder defensieve houding voor nodig, vindt Rik. ‘Ik denk dat ons gebrek aan zelfvertrouwen er ook voor heeft gezorgd dat we niet genoeg geageerd hebben tegen Geert Wilders. Landelijk dan. Lokaal is dat er iets meer. Bovendien heeft die houding van “het kabinet voorop en daarna de PvdA” onze geloofwaardigheid als linkse partij geen goed gedaan. Het verkiezingsprogramma was geloof ik het meest linkse sinds Den Uyl, maar de kiezer vertrouwde het voor geen meter. “Na de verkiezingen gaan jullie zeker weer met de VVD?”’

Dat het een ongemakkelijk huwelijk was de afgelopen vier jaar, is geen geheim. Immigratie en integratie waren twee onderwerpen waar het knetterde met de VVD. Nu de scheiding definitief lijkt, is het zaak om weer pal te gaan staan voor de idealen, vindt Paul. ‘We moeten echt steviger stelling nemen. GroenLinks zegt: “Grenzen open en vluchtelingen binnenlaten.” Laten we ons daarbij aansluiten. Zorg voor goede woningen en pak het initiatief op het gebied van integratie. Alleen als vluchtelingen eerlijke kansen krijgen, kan die vorm krijgen. Lastig, dat zeker, maar volgens mij is het wel het knokken waard.’

Dat de taak van de sociaal-democratie erop zit, is echt onzin

Naomi sluit zich daarbij aan. ‘Kom de verplichtingen in de vluchtelingenverdragen na en ga niet mee in het frame van opvang in de regio. Die opvang in de regio is er al en zorgt voor mensonterende omstandigheden. En gooi niet alles op één hoop. Immigratie is iets anders dan integratie. En dat je vluchtelingen welkom heet, hoeft niet te betekenen dat je geen oog hebt voor zorgen die in de samenleving leven. De PvdA in Utrecht heeft daar een heel goede lijn in gekozen, vind ik. Ze hebben gezegd: “Opvang prima, maar niet in Overvecht.”’

Belangrijker nog is dat links weer haar eigen verhaal gaat vertellen. ‘Mij wordt vaak van alles verweten,’ zegt Naomi. ‘Zo zou ik een “islamknuffelaar” zijn, omdat ik links ben en allerlei dingen zou vinden. Ja, ik ben voor de vrijheid van godsdienst en ja ik ben voor de scheiding tussen kerk en staat. En ik vind ook dat je heel precies moet zijn in wat je zegt om discriminatie te voorkomen. Maar dat betekent niet dat ik “weg kijk” of dat ik problemen niet onderken. Eerlijk gezegd ben ik het spuugzat om steeds voor “gutmensch” te worden uitgemaakt, omdat ik het niet met bepaalde oplossingen van rechts eens ben. En telkens blijf ik vriendelijk en redelijk, terwijl ik van binnen kook. Dus een oproep aan mezelf en ook wel aan links: het mag allemaal best wat pittiger richting rechts.’

Tegelijkertijd, begint Jan Erik, zie je dat de ook migrantengroepen de PvdA niet meer zien zitten. Helpt zo’n toleranter eigen geluid om die groepen terug te winnen? ‘Volgens mij maak je daar een klassieke denkfout,’ zegt Maarten. ‘Namelijk: richten we ons op die mensen, omdat ze Turks, Marokkaans of Hindoestaans zijn? Of omdat ze met dezelfde problemen te maken hebben als de rest? Die jongeren willen helemaal niet op hun afkomst aangesproken worden en zielig gevonden worden. Ze willen een vast contract en een hypotheek.’ Juist, zegt Jerzy. ‘Wij moeten af van de focus op allochtonen. Alsof dat een homogene groep zou zijn. Hoe halen we “ze” terug? Door terug te gaan naar onze eigen idealen.’

LOL

‘Wat volgens mij ook meespeelt bij jongeren, is de vorm,’ zegt Jerzy. ‘Veel jongeren zitten helemaal niet te wachten op procedureel geneuzel in muffige zaaltjes. Die willen gewoon een optimistisch en idealistisch verhaal met achteraf een gezellige borrel. Wat dat betreft kunnen we absoluut van de VVD leren. Vier je successen en maak het wat minder zwaar.’

Dan moet er nog heel wat gebeuren, denkt Jan Erik. Dat zure hoort toch wel een beetje bij de PvdA. ‘Lang niet altijd,’ zegt Naomi. ‘Ik heb een paar geweldige bijeenkomsten meegemaakt waarin we de verkiezingsuitslag met elkaar hebben verwerkt. Dat waren hele leuke bijeenkomsten en zo zijn er veel meer.’

‘De reden dat ik nu weer actief ben geworden, is juist de sfeer,’ zegt Kenneth. ‘Yusuf heeft dat heel goed opgepakt. Veel jonge mensen benaderd en gevraagd om de boel weer levendig te maken. Niet door te mokken in de raadszaal, maar met concrete acties zoals de Rode Brigadiers. Tot een jaar geleden was het in Tilburg misschien een beetje ingekakt, maar dat is nu absoluut niet meer het geval.’

‘Plezier gaat altijd hand in hand met inhoud,’ wenst Yusuf nog even te benadrukken. ‘Het plezier spat er inderdaad niet altijd van af. Daar moet je wel een balans in vinden. Maar mensen worden echt lid van de PvdA om de wereld te veranderen, niet omdat we zulke geweldig leuke feestjes organiseren.’

‘Daarom ben ik ook lid geworden van de PvdA,’ zegt Marinka. ‘Ik vraag me alleen weleens af of politiek het middel is om die verandering te bereiken. Scoren, Telegraaf-koppen halen en oneliners produceren lijken belangrijker dan structureel iets te doen aan misstanden in de maatschappij. Gevoelens van angst versterken voor electoraal gewin in plaats van er iets aan proberen te doen. Gelukkig is dat bij de PvdA wel minder. Al zie je dat het snelle gewin ook bij ons steeds belangrijker wordt. Dat vind ik meer dan jammer.’

Bron: http://www.lokaalbestuur.nl/lokaal_bestuur/artikel/t/jongeren_en_de_pvda_waarom_ook_niet/bron/lokaalbestuur/uitgave/109

Jerzy Soetekouw

Jerzy Soetekouw

Jerzy Soetekouw is oud-wethouder Sociaal Domein, Diversiteit & Inclusie voor de PvdA Almere van 2018-2019. Tegenwoordig is hij directeur van VMCA. De VMCA is een zelfstandige organisatie die uitgaat van kansen en mogelijkheden voor vrijwilligers, mantelzorgers en organisaties. De VMCA bevordert sociale cohesie en participatie binnen de Almeerse samenleving. Soetekouw had als wethouder in de

Meer over Jerzy Soetekouw